Vitamine D

Wat is vitamine D?

Begin twintigste eeuw werd een vierde vitamine ontdekt, na de vitamines A, B en C. Daarom werd deze vierde vitamine D genoemd. De ontdekking kwam voort uit het onderzoek naar rachitis of Engelse ziekte. Dat is een ziekte die de ontwikkeling van gezonde botten bij kleine kinderen belemmert; kromme beentjes zijn een bekend kenmerk van rachitis. Vooral onder kustbewoners was het al eeuwen bekend dat levertraan hielp tegen rachitis; in 1918 werd in de VS de stof in levertraan ontdekt die daarvoor verantwoordelijk was. Het was ook allang bekend dat kinderen in de tropen nauwelijks last hadden van rachitis; tussen 1919 en 1922 werd in Wenen vastgesteld dat de stof die de huid uit zonlicht maakt, dezelfde vitamine D is die in levertraan wordt gevonden.

Vitamine D is een groep van in vet oplosbare stoffen; de belangrijkste twee zijn vitamine D2 of ergocalciferol en vitamine D3 of cholecalciferol. Vitamine D3 is de stof die zit in voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong, zoals levertraan, en de stof die in de huid wordt geproduceerd. Bij mensen is D3 effectiever dan D2.

Levertraan wordt gemaakt van kabeljauw; niet, zoals wel gedacht wordt, van walvistraan. Vroeger werd het gemaakt van de levers van kabeljauwen; tegenwoordig is het een bijproduct van de vismeelproductie.